Misschien heb je er nog nooit van gehoord: veraarden. En eerlijk gezegd, dat gold voor mij ook, totdat ik er een paar jaar geleden voor het eerst over las. Het voelde meteen als een schakel die ontbrak. Een puzzelstuk dat precies op z’n plek viel in mijn werk en mijn visie op afscheid nemen, leven en sterven.
Als uitvaartbegeleider ben ik dagelijks bezig met de dood, maar nog meer met het leven. Want hoe we afscheid nemen zegt alles over hoe we geleefd hebben, wie we waren, wat we belangrijk vonden. En ook: hoe we achterblijven. Een liefdevol, kloppend afscheid kan ontzettend helend zijn. En daarom ben ik altijd nieuwsgierig naar vormen en rituelen die bijdragen aan een bewust en natuurlijk afscheid. Zo kwam ik ook terecht bij veraarden. Als bestuurslid van Stichting Veraarden werk ik mee aan het mogelijk maken van deze prachtige, duurzame manier van ‘lichaamsbestemming’, zoals dat officieel heet.
In deze blog neem ik je mee in wat veraarden is, waarom het me zo aanspreekt en hoe we in Nederland stapje voor stapje toewerken naar een toekomst waarin dit mogelijk is.
Wat is veraarden eigenlijk?
Even terug naar de basis: na je dood kun je in Nederland kiezen uit drie dingen. Je kunt je lichaam laten begraven, laten cremeren, of het ter beschikking stellen aan de wetenschap. Dat is het. Drie opties, waarvan twee gangbaar zijn en eentje wat minder bekend. Maar stel nou dat er een vierde mogelijkheid is. Een manier waarbij je lichaam teruggegeven wordt aan de aarde, op een manier die volledig natuurlijk is.
Veraarden is een nieuwe – op dit moment in Nederland nog niet toegestane – lichaamsbestemming gebaseerd op de natuurlijke cyclus van leven en dood. Het is een gecontroleerd proces waarbij het lichaam van de overledene transformeert tot voedzame aarde. Het wordt ook wel humaan composteren of humusatie genoemd. Een overledene wordt daarbij in een bed gelegd van een organisch mengsel met onder andere hooi, stro en luzerne, waarin zich micro-organismen bevinden die ons lichaam verteren. Gewoon, composteren. Maar dan zorgvuldig, liefdevol, gecontroleerd en met respect voor het leven en het lichaam.
In de Verenigde Staten (Washington State) en in een aantal Duitse deelstaten wordt veraarden al toegepast. En het groeit – letterlijk en figuurlijk. Er zijn inmiddels mensen die bomen hebben geplant op aarde die ooit een geliefde was. Stel je dat eens voor: je moeder als de bodem voor een bloeiende appelboom. Of je partner als vruchtbare grond voor een stuk nieuw bos. Het is zo poëtisch en aards tegelijk.
Waarom ik geloof in veraarden
Toen ik voor het eerst over veraarden las, dacht ik: dit is zó logisch. Waarom doen we dit niet allang? In mijn werk zie ik dagelijks hoe mensen zoeken naar een manier om afscheid te nemen die klopt. Niet alleen praktisch, maar op alle lagen: emotioneel, spiritueel, cultureel. Steeds vaker willen mensen het anders. Minder formeel, minder standaard, meer bewust, duurzamer ook. Er wordt steeds vaker gekozen voor opbaren in een wade in plaats van een kist. Voor een afscheid op een plek die betekenis heeft, in plaats van een aula waar niemand zich thuis voelt. Er is ruimte nodig voor nieuwe vormen. En veraarden past daar naadloos bij.
Wat mij ook aanspreekt is dat veraarden zoveel méér is dan alleen een duurzame keuze. Er is veel minder CO₂ uitstoot in vergelijking met begraven of cremeren, het kost nauwelijks energie, en er hoeft geen graf onderhouden of geruimd te worden. Maar wat het vooral doet, is ons weer verbinden met de natuurlijke cyclus van leven en dood.
We zijn dat contact behoorlijk kwijtgeraakt. We hebben de dood uitbesteed aan instanties en systemen. We stoppen lichamen in kisten, in steen, in ovens. Alsof we er maar zo snel mogelijk vanaf moeten. Maar veraarden nodigt juist uit tot vertraging, tot eerbied, tot meebewegen met de natuur. Dat vind ik troostend. Het idee dat mijn lichaam na mijn dood weer voeding wordt voor iets nieuws, voor leven, voor groei – daar word ik heel rustig van. En ik ben zeker niet de enige.
Hoe werkt het precies?
Een overledene wordt in een bed gelegd van een organisch mengsel met onder andere hooi en stro, waar zich micro-organismen in bevinden die ons lichaam verteren. Het ritueel heeft veel gelijkenissen met begraven, maar een belangrijk verschil is dat veraarden bovengronds gebeurt. Ook vindt het veraardingsproces doorgaans plaats in een afgesloten systeem, binnen in een gebouw. Zo kunnen de omstandigheden van het veraarden ideaal gehouden worden.
Afhankelijk van de methode duurt het transformatieproces zo’n vijf tot zeven weken, inclusief het verfijnen van de nog resterende botten. Het eindresultaat is voedzame aarde, ook humus of compost genoemd, rijk aan allerlei mineralen om bomen mee aan te planten en nieuw leven mee te voeden.
De temperatuur in de cocon stijgt door het natuurlijke afbraakproces – net als in een composthoop – tot zo’n 60 tot 70 graden. Daardoor worden ziekteverwekkers en eventuele medicijnresten grotendeels afgebroken. Dit is ook een belangrijk onderdeel van het wetenschappelijk onderzoek dat Stichting Veraarden samen met andere partijen ondersteunt. We willen zeker weten dat het veilig is, verantwoord, en duurzaam. Tot nu toe zijn de resultaten veelbelovend.
Uiteindelijk blijft er alleen nog aarde over. Rijk, donker, voedzaam. En die aarde kun je dan gebruiken voor iets nieuws: een boom planten, een tuin aanleggen, een plek creëren om te gedenken. Of, als de wet dat straks toelaat, zelfs een stuk natuur mee herstellen. Het is echt een soort wedergeboorte.
Maar… mag dat dan zomaar?
Nee. Nog niet. En dat is meteen de reden waarom Stichting Veraarden bestaat. In Nederland is veraarden nog niet toegestaan. De wet staat momenteel alleen begraven, cremeren en ter beschikkingstelling aan de wetenschap toe.
Er is een groeiende groep mensen, professionals en beleidsmakers die de waarde van veraarden zien. De Gezondheidsraad brengt na de zomer van 2025 advies uit over veraarden als nieuwe vorm van lichaamsbestemming. Als stichting zijn we druk bezig om de voorwaarden te creëren voor een wetswijziging. We voeren gesprekken, doen onderzoek, bouwen aan draagvlak. En ondertussen groeit het bewustzijn.
Wat mij hoop geeft is dat mensen zó positief reageren als je uitlegt wat veraarden inhoudt. Het raakt iets. Er zit een oerlogica in. Iedereen snapt het: je komt uit de aarde, je keert terug naar de aarde. Dat is geen eng idee – het is natuurlijk.
Wat betekent dit voor nabestaanden?
Een vraag die ik vaak krijg, is: hoe werkt het dan met afscheid nemen? Geen kist, geen graf, geen urn – blijft er dan wel iets over om bij stil te staan?
Het antwoord is: ja. Absoluut. Afscheid nemen is een ritueel. En rituelen hebben we nodig. Dat kan met veraarden ook, en misschien zelfs op een nog bewustere manier. Je kunt nog steeds waken, afscheid nemen, een ceremonie houden. Alleen ziet het er net iets anders uit.
Stel je voor: een cirkel van geliefden om de cocon, in een ruimte vol bloemen en verhalen. Misschien buiten, in een veld. Misschien met zang, stilte, of kaarsen. En dan het moment waarop het lichaam de cocon in gaat, om opgenomen te worden in de aarde. Dat is zó symbolisch. Zó krachtig. Het biedt troost, betekenis en verbinding.
En ook daarna blijft er iets tastbaars over. De aarde die ontstaat kan bijvoorbeeld in een urn worden bewaard, uitgestrooid op een bijzondere plek, of – en dat vind ik zelf heel mooi – gebruikt worden om een herinneringsplek te creëren. Dat kan een boom zijn in je eigen tuin, of een plek in een openbaar herdenkingsbos. Zo blijft de overledene letterlijk en figuurlijk voortbestaan.
Op weg naar een groene doodscultuur
Wat me drijft in mijn werk en in mijn betrokkenheid bij Stichting Veraarden, is het verlangen naar een gezonde doodscultuur. Een cultuur waarin we niet bang zijn voor de dood, maar erover praten. Waarin we keuzes maken die bij ons passen, ook in de laatste fase van het leven. En waarin we de dood weer durven zien als onderdeel van het leven – niet als einde, maar als transitie.
Veraarden helpt daarbij. Het nodigt uit tot bewustwording, tot gesprek, tot vertraging. Het biedt nabestaanden een andere manier om betekenis te geven aan verlies. En het helpt ons als samenleving om duurzamer, zachter en wijzer met het leven én de dood om te gaan.
Tot slot
Ik hoop dat deze blog je aan het denken zet. Misschien roept het vragen op – dat mag. Of misschien voel je, net als ik, meteen: ja, dit is het. Dan nodig ik je van harte uit om je verder te verdiepen. Op de website van Stichting Veraarden vind je meer informatie, en natuurlijk mag je me altijd benaderen als je vragen hebt.
We staan nog aan het begin. Maar het begin is er. En hoe meer mensen veraarden leren kennen, hoe groter de kans dat het straks een volwaardige optie wordt. Voor onszelf. Voor onze geliefden. En voor de aarde.
Want uiteindelijk keren we allemaal terug. De vraag is alleen: hoe?
Meer informatie:
🌿 www.veraarden.nl